in Ondernemend gedrag

Ondernemend gedrag in de sectoren Zorg en Welzijn? Voor veel mensen is dit een onverwachte en verrassende ontwikkeling. Toch beschouwen organisaties in Zorg en Welzijn ondernemend gedrag als een belangrijk onderdeel van de professionaliteit van hun medewerkers. In deze blog aandacht voor ontwikkelingen binnen Zorg en Welzijn, het toenemende belang van ondernemend gedrag en het onderwijs daarvan.

Ontwikkelingen binnen Zorg en Welzijn

De zorg wordt in toenemende mate complexer. Steeds vaker is er sprake van dubbele problematiek, mensen blijven langer thuis wonen, mantelzorgers spelen mede daardoor een grotere rol en de administratieve druk wordt steeds groter. De vraag naar zorg neemt toe en tegelijkertijd neemt het tekort aan personeel toe.

Deze ontwikkelingen vertalen zich in de opleidingsbehoeften van instellingen en organisaties. Ondernemend gedrag wordt een steeds belangrijker onderdeel van het professioneel handelen van verzorgenden. Het is een onderdeel van een cultuurverandering die binnen het werkveld speelt.

Kwaliteit speelt daarbij de centrale rol. Kwaliteit van geleverde zorg, kwaliteit van medewerkers.

Betekenis personeel

Van medewerkers wordt verwacht dat ze kunnen omgaan met die veranderingen. Niet afwachten maar proactief handelen, zelf denken en initiatief nemen; dit zijn vaardigheden die worden verwacht.

De traditionele manier van hiërarchisch aansturen met gerichte opdrachten werkt niet meer. Steeds vaker wordt gewerkt in teams die hun werkzaamheden onderling afstemmen. Medewerkers worden daardoor aangesproken op vaardigheden als samenwerken, creativiteit, innovatie, brainstormen en feedback geven.

Medewerkers moeten samenwerken, elkaar motiveren en stimuleren.

Niveau 1-2 én 3-4

De afgelopen jaren vertaalde de behoefte aan kwaliteit zich vooral in het aantrekken van medewerkers met niveau 3 en 4. Deze trend blijft zich doorzetten.

Maar de behoefte aan medewerkers op niveau 2 groeit sterk. De behoefte neemt toe in de aandachtzorg: wandelen, omgaan met familie etcetera. Ook voor medewerkers op niveau 2 is ondernemend gedrag een vereiste.

Hoe op te leiden?

Carla Stam en Marianne Pheil hebben met de Opleidingsschool OPPstap zorg en welzijn, in samenwerking met zorg- en welzijnsorganisaties veel ervaring met het opleiden van medewerkers in de zorg. Veel studenten zijn medewerkers van instellingen, die op mbo-niveau bijgeschoold worden. Ze zijn dus zowel medewerker met ervaring als student. Onderstaand voorbeeld komt uit hun praktijk.

Opleiden in ondernemend gedrag betekent dat studenten ondernemend gedrag moeten laten zien.

Ondernemend gedrag is een keuzedeel in het mbo-onderwijs. Keuzedelen worden door studenten ervaren als iets extra’s, waar ze niet voor gekozen hebben. Zeker bij BBL-opleidingen staan keuzedelen onder druk omdat er weinig contacturen zijn. Door het keuzedeel ondernemend gedrag op te zetten in de vorm van werkplekleren, in de praktijk, wordt dit gevoel minder.

Een praktische oplossing om aan ondernemend gedrag te werken is een project op de werkplek. Studenten werken samen aan een project. Voorbeelden van projecten zijn: medicatieveiligheid, het samenwerken met mantelzorgers, implementatie zorgtechnologie, borgen van begeleidings- zorgdossier. Studenten beschrijven het probleem, bedenken mogelijke oplossingen, maken een stappenplan met tijdsinvestering, en werken dit uit.

Omdat de opleiding bij de werkgever wordt uitgevoerd kan de teamleider als opdrachtgever fungeren. Tijdens de terugkomdagen op school wordt gericht ingegaan op onderliggende theorie als projectmatig werken, communicatie, samenwerken, ethiek enzovoort.

Examens kunnen gecombineerd worden. Bijvoorbeeld: de presentatie als onderdeel van het examen Ondernemend Gedrag kan gecombineerd worden met het examen Nederlands. Zo wordt de examendruk minder.

Ervaring studenten

Achteraf ervaren studenten het onderwijs in ondernemend gedrag als zinvol en leuk. Maar dat gaat niet zonder slag of stoot. Velen zijn gewend om op de werkplek in een hiërarchische situatie te werken en zijn gewend aan gerichte instructie. “Bij ons werkt het niet” is een veel gehoorde opmerking, althans aan het begin van de opleiding.

Het blijkt best ingewikkeld om die ervaringen los te laten en te gaan werken op de ondernemender manier. Je wordt aangesproken op alle aspecten, en de verantwoordelijkheid neemt toe.

Ondanks die veranderingen ervaren studenten en medewerkers de opleiding als zinvol en leuk. De trots op het vak neemt vaak toe.

Recente berichten

Laat een reactie achter

twintig − 19 =

0