in Algemeen

Ondernemend gedrag en ondernemerschap krijgen binnen het onderwijs steeds meer aandacht. Werkgevers verwachten meer ondernemend gedrag van hun medewerkers. Ook neemt de kans toe dat studenten van nu zich in de toekomst als zelfstandige zullen (moeten) vestigen. Dat geldt zeker voor uitvoerende beroepen op mbo-niveau.

Veel opleidingen laten studenten experimenteren met ondernemend gedrag en ondernemerschap. Vaak in de vorm van een project in samenwerking met het bedrijfsleven. Sommige projecten sneuvelen. Sommige projecten worden een groot succes. De meeste projecten zitten er tussen in: best aardig verlopen, maar er had veel meer in kunnen zitten.

Gedurende 2020 is onderzocht welke factoren het succes van een project bepalen. Dit onderzoek is mede mogelijk gemaakt door het O2-lab van het ministerie van EZ en Klimaat. Welke factoren maken dat een project succesvol verloopt en wat zou je bij een project moeten vermijden? Wat moet er gedaan worden om de samenwerking tussen het mbo-onderwijs en bedrijfsleven voor alle partijen te verbeteren?

De situatie in 2020

Samenwerken in de vorm van projecten wordt alom geaccepteerd en gewaardeerd. Dat geldt voor studenten, begeleiders uit het bedrijfsleven en voor docenten en onderwijsmanagers. Voor het onderwijs is een project de meest zinvolle werkvorm om de ondernemende vaardigheden aan te leren. Studenten vinden het ‘echter’ en inspirerender dan alleen les binnen de school. Via de samenwerking ervaren ze de dynamiek van het bedrijfsleven. Voor bedrijven bestaat de winst uit het projectresultaat en beter voorbereide werknemers.

En toch kwam het de afgelopen jaren slechts beperkt voor elkaar. Er zijn diverse initiatieven met een positief resultaat, maar die zijn incidenteel van karakter. Van een structurele inbedding is geen sprake.

Dat ligt niet aan het ‘waarom’. Zonder uitzondering is iedereen overtuigd van de noodzaak van ondernemend gedrag en ondernemerschap. Het ligt ook niet aan het ‘wat’. Over ondernemend gedrag en ondernemerschap bestaat een duidelijk beeld, in het mbo zelfs uitgekristalliseerd in de keuzedelen.

Maar veruit de meeste opleidingen worstelen met het ‘hoe’. Het ‘hoe’ blijkt het moeilijkst.

‘Hoe’ is het moeilijkst

Uit het onderzoek komt nadrukkelijk naar voren dat onderwijs enerzijds en bedrijfsleven anderzijds sterk verschillen in doelstelling, belang, organisatie, tempo en cultuur. Er zijn nauwelijks gezamenlijke doelen. Dit wordt wederzijds herkend en gerespecteerd. Dit vormt echter wel een barrière voor samenwerking tussen mbo-opleidingen en bedrijven.

Samenwerking in de vorm van ondernemende projecten blijkt niet vanzelfsprekend. Projecten tussen opleidingen en bedrijven worden meestal gedragen door individuele docenten en bedrijven. Structurele inbedding komt nauwelijks voor. De noodzaak voor verankering wordt regelmatig herkend, de urgentie daarvoor ontbreekt echter.

Samenwerking tussen bedrijven en mbo-opleidingen op basis van ondernemende projecten biedt voordelen voor alle betrokkenen. Dit proces gaat niet vanzelf. Om de voordelen te benutten zijn aanpassingen en actieve impulsen nodig. Dit onderzoek biedt daarvoor een aantal handvatten.

Ruimte voor innovatie

Samenwerking tussen bedrijven en opleidingen biedt kansen voor innovatie voor beide. De volgende maatregelen kunnen de samenwerking van mbo-opleidingen en bedrijfsleven via ondernemende projecten verbeteren.

  • Structurele verankering in het onderwijs in de vorm van een zgn. keuzedeel.
  • Een modern platform voor vraag en aanbod van ondernemende projecten.
  • Om partijen beter bij elkaar te brengen is articulatie van zowel het aanbod van opleidingen als van vraag door bedrijven en organisaties nodig.
  • Onderwijsmanagers vormen de spil in relatiebeheer.
  • Laagdrempelig aanbod van leermiddelen gebaseerd op uniforme begrippen.
  • Instructie van begeleiders uit bedrijfsleven, training van docenten.

Samenwerking tussen bedrijven en opleidingen is inspirerend, biedt nieuwe mogelijkheden en creëert waarde. Het is waardevol om deze kansen te benutten, de economische gevolgen van de Corona-crisis maken het zelfs urgent.

Daar waar een partij de regie neemt komt de samenwerking van de grond, blijkbaar is de regiefunctie een randvoorwaarde. Als je de potentie van ondernemende projecten wilt benutten is interventie, lees: de regie nemen, noodzakelijk.

Alle reden om de regie te pakken en deze ruimte voor innovatie te benutten.

Vragen of opmerkingen?

Wil je het volledige onderzoek met de adviezen ontvangen? Dat kan door een bericht te sturen naar info@dwvdo.nl.

Heb je vragen, suggestie of wil je meewerken aan het vervolg? Graag! Stuur dan een bericht naar infor@dwvdo.nl of bel 06 10618646

 

Recente berichten

Laat een reactie achter

8 − 4 =

0